Persoonlijke verhalen uit frontstad Roermond (11)
Bombardement - 11 november 1944
Op 11 november verschenen er weer geallieerde bommenwerpers boven de stad. Een zwaar bombardement volgde. De meeste mensen zochten snel een veilig heenkomen in de kelder. De ene na de andere zware ontploffing deed de binnenstad op haar grondvesten schudden. De luchtbeschermingsdienst kreeg veel meldingen binnen: ‘11.50 uur: ploeg van 4 man naar de Munsterstraat en een ploeg van 6 man naar de Bergstraat.
11.55 uur: melding van bominslag in de Marktstraat bij Loven, bij Jansen en Jansen van Montfort in de Neerstraat, bij Heinen op de Koningin Regentesselaan.
12.15 uur: melding van hoofdbrandwacht Lei de Bock, Veldstraat in puin.’
De vijftienjarige Jo Minten schreef in zijn dagboek: ‘De dag die het begin van de komende Carnaval is, is dit jaar een zwarte dag voor de stad. Het is voor de middag. Ik zit in de doorloop van onze kelder. Het is druk hier beneden. Alle klanten uit de zaak zijn mee naar de kelder gegaan. Boven de stad een stuk of wat geallieerde vliegtuigen. Zij storten hun dodelijke bommenlast op het onschuldige Roermond.’
Zuster Remmers: ‘We konden nog net op tijd in de kelder komen. Telkens opnieuw hoorden wij het huilende geluid van de duikende vliegtuigen en daarna de bommen. Intussen bleef het afweergeschut vuren, het was een ontzettend lawaai. De uitwerking van het bombardement was ontzettend, het stationsplein was omgewoeld en lag vol puin. De ene kant van de Veldstraat, onder andere de drukkerij v.d. Mark was met de grond gelijk gemaakt. Op de hoek van de Hamstraat en in de Hamstraat lagen huizen in puin. Overal waren de bommen gezaaid en waren huizen vernield. Ook in het Veld zijn verscheidene bommen gevallen. Mensen stonden schreiend op straat en sommigen riepen uit half verwoeste huizen om hulp. De ravage is vreselijk. Terstond was de luchtbescherming in actie en werd met het reddingswerk begonnen.
Eén van de bommen had het woonhuis van de familie De Bock in de Veldstraat vernield. Op het moment van het bombardement bevonden zich veertien familieleden in het pand. Bij dit bombardement kwamen negen gezinsleden om het leven, waaronder Nettie de Bock. Nettie was geboren op 2 oktober en net zes weken oud. Dini de Bock bevond zich op het moment van het bombardement in de kelder van bakker Thomassen aan de Hamstraat. Dini: ‘Toen het weer rustig werd ging bakker Thomassen met Dini een kijkje nemen op het dak. Er kringelde rook omhoog van waar eens het huis van de Bock had gestaan.’
Vernielde pand de Bock, Veldstraat (Hans Leenarts)
Vader Lei en zijn zonen Sjang en Jacques hadden op het moment van het bombardement dienst in de brandweer kazerne. De andere twee zonen Harrie en Fons overleefden de bominslag in de Veldstraat. Harrie stond op het moment van de inslag midden op straat en Fons kon nog net op tijd op de keldertrap springen. Fons raakte echter zwaar gewond en lag een half jaar in het ziekenhuis.
Er waren 33 doden te betreuren en velen raakten gewond. De ravage in de stad was enorm.